Thaiboksen zit in de lift. Het VKBM²O, de Vlaamse sportfederatie voor thaiboksen, kickboksen en MMA (mixed martial arts), telt inmiddels al tienduizend leden. “Vanaf 1 juli zijn deze contactsporten weer toegelaten, dat zal alweer een boost geven aan onze talrijke beoefenaars”, zo denkt federatievoorzitter Patrick Van Acker.
Tekst: Diederik Vandendriessche
Patrick Van Acker
Voorzitter
Vlaamse sportfederatie thaiboksen, kickboksen en MMA
Wie thaiboksen zegt, denkt vaak aan kickboksen. Dat is slechts gedeeltelijk juist. Thaiboksen heet in het Thai Muaythai, een benaming die wereldwijd voor de sport wordt gebruikt. Muaythai is bij het VKBM²O ook de meest beoefende sport. Naast het Muaythai heb je dan het kickboksen (volgens de regels van het zogenaamde K-1), wat eigenlijk een aangepaste wedstrijdvorm is van het thaiboksen, en MMA, waarin verschillende gevechtssporten worden gecombineerd.
“MMA is eigenlijk de triatlon van de gevechtssporten”, zegt Van Acker. “In MMA kun je zowel rechtopstaand als op de grond vechten, telkens volgens heel strikte regels. Soms gebeurt het om veiligheidsredenen in een afgesloten ruimte, een ‘octagon’, wat mensen soms negatief als ‘kooi’ bestempelen. De octagon of gesloten ring is niet verplicht, maar het is wel veiliger voor de atleten.”
Het vechten is niet het doel op zich. Met elkaar trainen, met elkaar sport beoefenen, respect tonen voor elkaar: dat is ons DNA.
67 verschillende nationaliteiten
Muaythai bestaat al meer dan vierhonderd jaar en is dus veel ouder dan bijvoorbeeld judo, dat op het einde van de negentiende eeuw ontstond. Het sportieve aspect van Muaythai heeft betrekking op het feit dat twee tegenstanders zich met elkaar meten in een ring, maar alles daarrond gaat terug op rituele gebruiken die met de traditionele oosterse krijgskunst te maken hebben.
Judo is in Vlaanderen nog steeds de populairste vechtsport, maar Muaythai is aan een stevige opmars bezig. “Het is heel populair bij jongeren van alle mogelijke achtergronden”, aldus Van Acker. “In onze federatie zitten 67 nationaliteiten en we zijn over heel Vlaanderen verspreid. Deze sport is heel laagdrempelig: mensen kunnen er zich op verschillende manieren in uiten.” `
Focus op respect
“Wij komen heel zelden in de klassieke media, tenzij negatief. Maar op de sociale media, die heel populair zijn bij jongeren, komen we heel vaak aan bod. Bovendien bepalen de jongeren daar zelf de inhoud. Je moet ‘echt’ overkomen, we zijn wie we zijn. Wij zijn een vechtkunst: het vechten is niet het doel op zich. Met elkaar trainen, met elkaar sport beoefenen, respect tonen voor elkaar: dat is ons DNA. Zonder respect kan je deze sport niet beoefenen: ik kan alleen maar met een partner trainen en mijzelf verbeteren als die met mij wil trainen.”